NLPO verdedigt beleid DAB+ distributie lokale omroepen: keuze uit twee zenderexploitanten
De NLPO is de branchevereniging van lokale omroepen in Nederland. Nu lokale publieke en commerciële omroepen met een uitzendvergunning vanaf 1 september gerechtigd zijn om de komende jaren via het digitale radionetwerk DAB+ uit te zenden, ligt er voor lokale omroepen een pot met miljoenen euro's aan subsidie klaar. Deze subsidiegelden zijn onder meer bestemd voor het inrichten van zendinstallaties. Maar om in aanmerking voor de subsidie te komen, moeten lokale omroepen zich wel aan spelregels houden. Deze spelregels zijn door de NLPO opgesteld. Zo mogen lokale omroepen die in aanmerking willen komen voor de subsidie niet zelf kiezen met welke zenderexploitant ze in zee gaan. De NLPO kiest de komende weken twee zenderexploitanten uit. Uit deze twee geselecteerde bedrijven mogen de lokale omroepen kiezen.
Afspraken
Het is niet vreemd dat er voorwaarden kleven aan het krijgen van subsidie. Maar zijn de voorwaarden die de NLPO stelt wel in overeenstemming met de afspraken die met subsidieverstrekker OCW zijn gemaakt? Michael Wesselink van NLPO: “De NLPO is ingesteld om de collectieve belangen van de sector te behartigen. De subsidieverstrekker stelt de middelen ook alleen maar ter beschikking met het doel om tot een collectieve oplossing te komen voor alle omroepen en niet om alleen individuele partijen te helpen. De doelstellingen van NLPO en OCW zijn hierin dan ook gelijk.” Wesselink stelt dat dit traject natuurlijk juridisch getoetst is. “Zoals aangegeven heeft zowel de NLPO als het ministerie van OCW een verantwoordelijkheid voor het collectief van de lokale omroepsector. De gekozen aanpak en werkwijzen vinden dus plaats binnen dat kader. Dit is tevens juridisch onderbouwd.”
Duopolie
Het is aannemelijk dat de twee grootste zenderexploitanten Broadcast Partners (BP) en Radio Netwerk Nederland (RNN) door de NLPO worden aangewezen als de te kiezen bedrijven bij de collectieve oplossing. Zo hebben beide bedrijven samen met toezichthouder Rijksinspectie Digitale Infrastructuur (RDI) een licentie voor het softwarepakket om de meest gunstige zenderinrichting te bepalen. Maar Wesselink stelt dat ook andere kleinere zenderexploitanten niet op voorhand buitenspel gezet worden. “De NLPO volgt een transparante, openbare procedure om tot de selectie van (bij voorkeur) twee leveranciers te komen. Alle relevante partijen zijn vrij om hieraan deel te nemen, zowel kleine als grote organisaties. Het is echter wel zo dat NLPO als behartiger van de collectieve belangen van de sector een uitvraag doet voor een collectieve oplossing (voor alle lokale omroepen) en niet voor individuele allotments. Participerende partijen in de uitvraag moeten dus wel in staat zijn om een collectieve oplossing voor alle omroepen (en allotments) te bieden. Dit vergroot zowel de kans op effectieve besteding van de verkregen middelen als de beheersbaarheid voor de NLPO.” Daarnaast staat het lokale omroepen vrij om zelf een zenderexploitant te kiezen, ook als deze niet door NLPO als keuze bij de collectieve oplossing wordt benoemd. De consequentie is dan wel dat er geen subsidiegeld voor dit doeleind beschikbaar wordt gesteld.
Vertraging
En dan is er nog de waarschuwing van de NLPO aan lokale omroepen om niet te veel geld te investeren om huidige DAB+ etherdistributie voor te zetten. Door de zienswijze van de NLPO komen de gesubsidieerde allotments op zijn vroegst eind dit jaar officieel in de lucht. Diverse lokale publieke en commerciële omroepen die in de afgelopen jaren al via een experimentele DAB+ verginning in de ether te beluisteren waren, hebben de uitzendingen na 1 september onafgebroken – al dan niet via een andere frequentie – voortgezet. De NLPO over deze waarschuwing: “De NLPO wil voorkomen dat er met publieke middelen desinvesteringen worden gedaan. In dat kader deden we de oproep om geen grote investeringen te doen of langlopende verplichtingen aan te gaan op het gebied van DAB+, totdat er meer informatie is over de collectieve oplossingen. Overigens zijn er in het land verschillende voorbeelden van omroepen die met kleine investeringen tijdelijk door kunnen draaien.”